Honden en Kinderen

Honden & Kinderen


Vooral kinderen zijn vaak het slachtoffer bij bijtincidenten met honden. Hoewel dit verschillende oorzaken kan hebben weet ik een ding zeker: meer betrouwbare educatie, voor zowel kinderen als volwassenen, zou de kans op bijtincidenten aanzienlijk kunnen verminderen. Helaas wordt er nog steeds op grote schaal achterhaalde en onjuiste informatie gedeeld.

In dit artikel deel ik mijn meest recente (wetenschappelijk onderbouwde) kennis en inzichten, aangevuld met een aantal waardevolle tips.

Een hoofdregel die wat mij betreft altijd van toepassing zou moeten blijven is: houd ALTIJD toezicht op interacties tussen babies/peuters/kinderen en honden en leer met name de subtiele signalen van ongemak bij honden te herkennen waardoor je escalatie kunt voorkomen.

 

Hondengedrag kan complex zijn en iedere hond is een uniek individu (vergeet gerust al je vooroordelen). Hierdoor is het onmogelijk om stellige uitspraken te doen over de oorzaken van bijtincidenten, zeker wanneer je geen grondig onderzoek hebt kunnen doen.


Hoewel er veel meer van invloed kan zijn op het gedrag van honden (denk aan medische factoren, leerprocessen, genetische aanleg, etc.), ga ik in dit artikel in op drie veelvoorkomende overlevingsmechanismen/emoties. Dit betreft complexe neurologishe netwerken die in het hondenbrein agressief gedrag (o.a. blaffen, grommen, snappen en bijten) kunnen aandrijven. Emoties worden ook wel de stuwende kracht achter gedrag genoemd en het is voor een hondenprofessional dan ook van groot belang om te achterhalen welk type emotie het gedrag aandrijft.

 

Angstgedreven agressie

Angst kan worden geactiveerd wanneer de hond het kind of het gedrag van het kind als bedreigend ervaart. Doel van angstgedreven agressie is: zelfbescherming.

Onvoorspelbaarheid en een gebrek aan controle over eigen belevenissen (bij de hond) spelen hierbij een grote rol. Met agressie probeert de hond het gedrag van het kind te beïnvloeden ten dienste van zelfbescherming, bijvoorbeeld door het kind op afstand te houden of te verjagen (afstand vergroten).

Kinderen bewegen zich vaak onvoorspelbaar (impulsief, sterk variërende snelheid) en zijn daarnaast ook vaak luidruchtig. Deze eigenschappen kunnen angst bij honden activeren. Kinds gedrag als honden opjagen (er achteraan rennen), de hond benaderen op een intimiderende manier (onbedoeld indringend aanstaren, stem verheffen, er overheen buigen) of de hond vasthouden (waarbij de hond controle verliest over eigen belevenissen) kunnen angst activeren bij honden.


Drie willekeurige tips om de activatie van angst te voorkomen:

  • Laat honden zelf initiatief nemen tot het maken van contact en laat kinderen honden niet actief benaderen (een kinderlijke benadering kan zeker door onbekende honden als zeer intimiderend worden ervaren)
    Gebruik bij eventueel aanhalen bijvoorbeeld de 3 seconden regel in een soort spelvorm: "je mag 3 seconden aaien, daarna haal je je handen helemaal weg. Blijft de hond bij jou, beweegt hij naar jou toe, dan mag je weer 3 seconden aaien. Zo niet: helaas, dan is de interactie door de hond afgebroken en dat dient gerespecteerd te worden".
  • Zorg dat beiden op een veilige manier positieve ervaringen opdoen in elkaars bijzijn (hiervoor hoeven ze elkaar niet aan te raken!)
  • Bied honden altijd toegang tot een veilige haven waarin zij zich kunnen terugtrekken en niet gestoord worden

 

Frustratiegedreven agressie

Frustratie kan ontstaan wanneer de hond controle verliest (of dreigt te verliezen) over eigen bewegingen of over zaken die voor de hond van grote waarde zijn (speelgoed, voedsel, ligplek, etc.). Het kan ook aangewakkerd worden wanneer verwachtingen niet worden waargemaakt (gebrek aan voorspelbaarheid speelt dus ook hier een rol). Doel van frustratiegedreven agressie is: het behouden of terugnemen van de gewenste controle.

Doordat controle een rol speelt wordt frustratie vaak verward met de inmiddels qua definitie zwaar vervuilde term: dominantie. Echter, de activatie van de emotie frustratie is een veel duidelijkere, individualistischere en mede daardoor geloofwaardigere veroorzaker van agressie dan dominatie (waarbij ook ineens rangordes en vaststaande relaties tussen verschillende diersoorten aangehaald zouden moeten worden die totaal NIET aan de orde of van belang hoeven te zijn). 
Frustratie kan opspelen wanneer er zaken van waarde voor de hond aanwezig zijn. Denk hierbij niet alleen aan voedsel, speelgoed en locaties/ligplaatsen, maar ook aan personen die voor de hond van grote waarde kunnen zijn. Zo kan een volwassene die de hond altijd voert of prettige aandacht biedt een waardevolle bron zijn voor een hond. Dus ook het bijzijn van een voor de hond waardevolle volwassene in combinatie met een kind, kan frustratie bij honden activeren.

Let op: Ook een kind, peuter of baby zelf kan door een hond als een waardevolle bron beschouwd worden (bijvoorbeeld omdat ze vaak voedsel morsen/geven of prettige aandacht bieden). Soms lees je verhalen over honden die kinderen of babies zouden ‘beschermen’, omdat ze agressie inzetten bij de benadering van anderen. In verreweg de meeste gevallen is hier geen sprake van bescherming op de manier die veel mensen denken, maar is er sprake van frustratie waarbij de hond controle wil houden over iets wat voor de hond van waarde is (net zoals voedsel, speeltjes, etc).

Frustratie kan ook opspelen wanneer kinderen honden beperken in hun bewegingsvrijheid (toegang blokkeren, aangelijnd houden, fysiek tegenhouden, etc.).


Drie willekeurige tips om frustratie te voorkomen:

  • Zorg voor duidelijke structuur bij interacties tussen honden en kinderen (laat een hond bijvoorbeeld bekende oefeningen uitvoeren waardoor interacties voorspelbaar blijven voor de hond. Gestructureerde trainingsspellen zijn een ideale vorm van interactie)
  • Wees extra waakzaam bij- of voorkom de aanwezigheid van (voor de hond) waardevolle bronnen in het bijzijn van kinderen. Laat een hond nooit gestoord worden door kinderen wanneer hij eet, kluift of wanneer hij ligt te rusten. Leer kinderen om NOOIT iets van een hond weg te nemen en in geval van nood altijd te RUILEN (onder begeleiding).
  • Zorg dat kinderen honden zo veel mogelijk vrij laten bewegen (niet vasthouden, tegenhouden of blokkeren)


Pijngedreven agressie

Pijn wordt geactiveerd wanneer er schade dreigt te ontstaan aan het lichaam van de hond, maar het kan ook geactiveerd worden wanneer de hond anticipeert op pijn (na het opdoen van leerervaringen). Doel van pijngedreven agressie is: het voorkomen van (verdere) fysieke schade.

Dit behoeft wellicht weinig uitleg, maar toch speelt pijn en lichamelijk ongemak vaak een rol bij bijtincidenten. Kinderen hebben meestal nog geen goed besef/ver ontwikkelde empathie die hen zachtjes en voorzichtig met honden laat omgaan. Per ongeluk te hardhandig aaien komt regelmatig voor (slaan op de hond, in plaats van een vriendelijk bedoeld klopje, bijvoorbeeld). Aan oren trekken, aan staarten trekken, schoppen, handen in de ogen prikken, over de snuit grijpen, dit zijn gedragingen die veelvuldig voorkomen bij interacties tussen babies, peuters, kinderen en honden. Bij de activatie van pijn kan een hond plots en reflexmatig agressief reageren.


Drie willekeurige tips om pijn te voorkomen:

  • Houd altijd toezicht en begeleid kinderen actief in hun interacties met honden. Leer ze bijvoorbeeld om zachtjes te kriebelen op de borst, in plaats van een aai over de kop.
  • Houd impulsieve (eventueel hardhandige) aanrakingen van babies, peuters en kinderen tegen door ze goed vast te houden in bijzijn van honden of door ze op voldoende afstand te houden
  • Wees extra waakzaam wanneer er sprake kan zijn van pijn of lichamelijk ongemak bij de hond (ouderdom of medische aandoeningen) en zorg dat kinderen honden met pijnlijke aandoeningen zo veel mogelijk met rust laten



Angst, frustratie en pijn zijn niet de enige emoties die agressie in gang kunnen zetten bij honden. Ook rondom spelgedreven gedrag kunnen incidenten ontstaan wanneer een hond een kind (per ongeluk) schade aanricht (bijvoorbeeld door ze omver te lopen/springen, maar ook wanneer er speels gebeten wordt). Er kan ook sprake zijn van de activatie van verlangen wanneer een hond hardhandig voedsel uit een kinderhand hapt of, in het zeer uitzonderlijke geval, wanneer een (vaak snel bewegende of hoog gillende) baby of peuter prooivangstgedrag binnen het hondenbrein activeert.


Prooivangstgedrag is een zeer gevaarlijke vorm van agressie, omdat de hond in dat geval de intentie heeft om een snel bewegend dier te vangen en doden. Gelukkig komt dit slechts zeer zelden voor t.o.v. babies, peuters of kinderen (pathologie dient hierbij altijd uitgesloten te worden), maar het moet niet vergeten worden. Prooivangstgedrag is te herkennen aan muisstil sluipen, strak fixeren, in complete stilte achtervolgen/najagen en flink schudden bij het bijten.


Als laatste herhaal ik graag nogmaals het meest belangrijke advies: houd ALTIJD toezicht en verdiep je in de subtiele signalen van ongemak die honden kunnen afgeven, zodat je escalatie en incidenten kunt voorkomen.


Geschreven door Liselot Boersma, welzijnsdeskundige (PgDip CABW) en eigenaar van HondenLot, mei 2018. Copy paste/directe overname van teksten of afbeeldingen is zonder schriftelijke toestemming niet toegestaan. Het delen van de URL van deze website pagina is wel toegestaan en wordt op prijs gesteld.



Meer lezen m.b.t. gedragstherapie: